Stroman Gedichten

14 mei 2021

Drie Gratiën

Drie danseressen, purperblauw, gestreken op wit linnen 
In beminnen stonden zij omlijst, 
versteend als Lot ooit zou 
Zij konden slechts de kleuren zien in duizenden verschillen 
Waar hij anders eens gewild had 
en één kleur maar hebben wou 

Hij mengde koralijn, kobalt, met korenbloemenblauw 
En toverde met rozenrood hun schoonheid diep van binnen 
En zij bloosden samen wit hun licht, 
op zijn verlichte linnen 
Als een meesterwerk, levenslied, 
dat hij hen achterliet 

Zij konden zoveel meer nog zijn, in weemoed en verdriet 
In een zee herinneringen, die de hemel hebben zou 
Zij konden zoveel meer nog zijn, 
zijn liefste lievelingen 
Als het mooiste schilderij in wit, 
als ieder het maar wou

Geen opmerkingen:

Een reactie posten