In beminnen stonden zij omlijst,
versteend als Lot ooit zou
Zij konden slechts de kleuren zien
in duizenden verschillen
Waar hij anders eens gewild had
en één kleur maar hebben wou
Hij mengde koralijn, kobalt,
met korenbloemenblauw
En toverde met rozenrood
hun schoonheid diep van binnen
En zij bloosden samen wit hun licht,
op zijn verlichte linnen
Als een meesterwerk, levenslied,
dat hij hen achterliet
Zij konden zoveel meer nog zijn,
in weemoed en verdriet
In een zee herinneringen,
die de hemel hebben zou
Zij konden zoveel meer nog zijn,
zijn liefste lievelingen
Als het mooiste schilderij in wit,
Geen opmerkingen:
Een reactie posten