Zo je stilzee niet bevriest
in honderdduizend ijskristallen
eens bevroren alles stilzet
in verloren doemenis
Zo zal ik hier blijven wachten, lief
tot voeten overstromen
zal ik wachten tot je dooi vat
zachtjes water weer laat stromen
zal ik bidden tot wat God heet
uit mijn eindeloos verlangen
en te midden van jouw ijstijd
zonnestralen voor je vangen
zal ik dromen van de vogel, lief
die vuur zo meester is
en in purperrood zal vliegen
ver voordat het zomer is
Zal ik hopen en geloven
dat je vuur wel weer zal komen
dat je toppen zullen smelten
dat je golven weer laat stromen
over voeten, over handen
over wangen van mijn geest
over wat er is geweest
en nog zal komen onbevreesd
zal ik springen in jouw stilzee
in jouw armen van gemis
weten dat het niet meer stil is
weten dat het zingend is
Geen opmerkingen:
Een reactie posten