voordat Dullenbakkers zich weer zouden laten zien
op oud hollandse markten
tussen Hooglandse torenspitsen
lammerschansen
en rammelende viskarren
die uit het verderop gelegen Katwijk kwamen
met dat wat eens de zoute zee verspeelde
Hier zou geen broedertwist hen delen
noch een Hoekse, Kabeljauwse
zou geen landvoogd als een dwingeland
voorbij de rijen gaan
hier lag een hond nu - zaligmakend
in de oude Dievensteeg
met het ontzielde van een schol
die hij door list te pakken kreeg
De Lakenhal sloot er zijn deuren voor
zij zaten op terras
het was alsof men dronken was
van iets dat morgen kon gebeuren
maar zij ademden als zee
en rookten paling uit het nat
en aten haring op een broodje
onder wieken van de molen
Wisten dat de zee hen terug gaf
wat een vloot hen had ontnomen
zagen dat het meer dan goed was
uitjes vielen op het droge
Geen opmerkingen:
Een reactie posten