Stroman Gedichten

12 oktober 2011

Er was eens...

Alles ging terstond voorbij
met zwarte kraaien die zij lichtte
zachte lippen die zij stiftte
met karmijn - het diepste rood
om in betovering verheven
koningin te zijn in steden
met haar peperkoeken hart
waarin zij lege zielen sloot

Zij woonde overal en nergens
in een tijd die nog moest komen
strooide kruimels tussen bomen
brak geloftes - spiegelwand
stak er de draak met spinnewielen
om als mooiste weg te dromen
holde wolven achterna
met zwarte raven op haar hand

Zij trok de wacht van lange neuzen
met de elfen, de reuzen
lokte goud in witte haren
met een kater op haar schoot
en zij genoot haar stille kracht
die wij met glimlach van haar zagen
van haar zagen - zo zij zijn wou
als een antwoord op de dood





Geen opmerkingen:

Een reactie posten